Hoogteziekte: hoofdpijn in de bergen
dossier
Hoofdpijn in de bergen
Je bent net toegekomen op je vakantiebestemming in de bergen. Maar als je 's morgens opstaat, heb je barstende hoofdpijn en voel je je misselijk. De kans is groot dat je kampt met hoogteziekte.
Steeds meer mensen brengen hun vakantie door in het hooggebergte, zoals de Himalaya (Azië), de Andes (Zuid-Amerika), de Rocky Mountains (Noord-Amerika), waarbij ze met het vliegtuig onmiddellijk landen op grote hoogte. Ook in vele ski-oorden brengen skiliften de wintersporters in een mum van tijd tot ver boven de 2500 m. Het lichaam krijgt daarbij zeer weinig tijd om zich aan de ijle lucht aan te passen.
De eerste uren van het verblijf op hoogte voelt men niets, maar tegen het einde van de dag voelt men zich futloos en moe. Velen schrijven dit toe aan de (lange) vermoeiende reis en kruipen daarom vroeg onder de dekens. Door de hoogte en de verandering van omgeving slaapt men echter de eerste nacht barslecht.
De volgende ochtend staat men op met barstende hoofdpijn. Andere symptomen zijn misselijkheid, duizeligheid en soms lichtschuwheid en geïrriteerdheid.
Meestal blijven de symptomen mild, maar op zeer grote hoogte (boven 3500 m) kan de aandoening levensbedreigende vormen aannemen.
Een recente studie in Colorado Springs (VS) toont aan dat zowat een kwart van de 'laaglanders' bij aankomst tussen 1.900m en 2.900m geconfronteerd worden met hoogteziekte. Hoogteziekte wordt ook wel Acute Mountain Sickness of AMS genoemd .
Oorzaak

Enkel het toedienen van geneesmiddelen en zuurstof of - bij voorkeur - het zo snel mogelijk afdalen naar lager gelegen gebieden, brengt in zulke gevallen soelaas.
Het risico op het ontwikkelen van hoogteziekte neemt toe met de hoogte. Een tweede element is de tijd die men geeft aan het lichaam om zich aan te passen aan de zuurstofarme omgeving.
Verdediging
Het proces waarbij het lichaam zich aanpast aan de zuurstofarme omgeving noemt men 'acclimatisatie'. Deze bestaat uit een acute en een chronische fase.
Wanneer men in een zuurstofarme omgeving terecht komt, reageert men onmiddellijk (acuut) door sneller te ademen. De hartslag (in rust) stijgt eveneens. Op deze manier tracht het lichaam zich te beschermen tegen het tekort aan zuurstof in de weefsels.
Beide reacties zijn goed merkbaar tijdens inspanning. Personen die niet reageren op het zuurstofgebrek met een verhoogde ademhaling of hartslag (in rust) blijken meer vatbaar te zijn voor hoogteziekte.
Het gebrek aan zuurstof stimuleert ook de aanmaak van rode bloedcellen, maar deze (chronische) aanpassing wordt pas na 8 tot 10 dagen merkbaar. Op dit principe zijn de hoogtestages voor sportlui gebaseerd. Hoe meer rode bloedcellen, hoe meer zuurstof kan vervoerd worden in het bloed en hoe beter de uithouding.
Individuele reactie
Of men hoogteziek wordt of niet, wordt uiteindelijk bepaald door de individuele aanpassingscapaciteit van het lichaam. Bovendien is de aandoening niet voorspelbaar, tenzij men reeds eerder hoogteziek geweest is. In dat geval is de kans groter om opnieuw ziek te worden bij een volgend verblijf op grote hoogte. Er is geen verschil tussen mannen en vrouwen, maar kinderen hebben wel sneller last van de hoogte.
Ook de lichaamssamenstelling zou een rol spelen. Mensen met overgewicht lopen meer risico. In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, is inspanning op hoogte géén uitlokkende factor, maar vaak zijn het wel net de goed getrainde en sportieve jonge mensen die de aandoening ontwikkelen. Zij kunnen immers dank zij hun fysieke fitheid sneller tot op grote hoogte trekken waarbij hun lichaam onvoldoende tijd krijgt om zich aan te passen. Minder fitte personen daarentegen haken vroeger af of doen langer over dezelfde afstand, waardoor hun lichaam een langere acclimatisatieperiode krijgt.
Lees ook: Voorzichtig met kinderen in de bergen
Preventie

• Mensen ouder dan 55 jaar of met een gekende hart- of longaandoening doen er goed aan om medisch advies in te winnen vooraleer zich op grote hoogte te begeven;
• Zwangere vrouwen vermijden beter hoogtes vanaf 2500m.
• Bij aankomst op hoogte (boven 1500 m.) kan je het de eerste dag best rustig aandoen. Laat je lichaam even de tijd om van de reis te bekomen;
• Indien je onmiddellijk op grote hoogte aankomt (boven 2500 m.), blijf je best 2 tot 3 dagen ter plekke;
na een eerste aanpassing mag je boven de 3000 m. maximaal 300 m. per dag stijgen. Blijf om de 2 à 3 dagen telkens 2 nachten op dezelfde hoogte;
• Bij de eerste tekenen van hoogteziekte mag je niet verder stijgen tot de symptomen verdwenen zijn. In geval van verergering moet je afdalen en minstens 500 m lager slapen;
• Drink regelmatig en veel om uitdroging tegen te gaan : de ijle lucht is immers niet alleen zeer droog, maar door de snellere ademhaling verliest men ook meer vocht, zeker tijdens inspanning;
Lees ook: Sporten in de winter: let op voor onderkoeling!
• Na overleg met je geneesheer kan deze aanraden om al dan niet preventief bepaalde medicatie te nemen (bv. Diamox®)
• Je vermijdt beter bepaalde medicaties te nemen omdat ze bv een verhoogde werking kunnen hebben of ook symptomen kunnen milderen (zoals hoestsiropen, pijnstillers of anti-braakmiddelen),ook kan er bij bepaalde antibiotica fotosensibiliteit optreden.
Behandeling
Ondanks alle preventieve maatregelen, moet je er rekening mee houden dat sommige mensen toch hoogteziek zullen worden. Afhankelijk van de hoogte waarop je zich bevindt, kan je dan volgende maatregelen nemen :
• Bij milde symptomen is rust gedurende 1 tot 3 dagen aangewezen. Meestal verdwijnen de klachten na aanpassing van het lichaam. Pijnstillers tegen de hoofdpijn (bv. acetylsalicylzuur of paracetamol) zijn hierbij slechts zelden effectief;
• Bij zware symptomen (braken, ondraaglijke hoofdpijn, verminderde urineproductie, enz.) moet je afdalen. Vaak helpt het om 500 m. lager te overnachten om de klachten als sneeuw voor de zon te doen verdwijnen.
Schatting van het aantal mensen dat op een gegeven hoogte hoogteziek wordt. Merk op dat vanaf 3000 m. het aantal gevallen snel toeneemt.
Percentage hoogteziekte | |
< 2000m | < 5% |
2500m | 10% |
3000m | 15% |
3500m | 35% |
4500m | > 50% |
Vliegtuigreizen
Vliegtuigreizen kunnen klachten uitlokken die vergelijkbaar zijn met hoogteziekte. De druk in de passagiersruimte komt immers overeen met een hoogte van 2.000 tot 2.500 meter. Nochtans hoeft men zich hierom niet echt zorgen te maken. De reisduur blijft immers meestal beperkt tot een paar uur en is daardoor onvoldoende om, buiten lichte symptomen (bv. hoofdpijn en duizeligheid), voor zware problemen te zorgen.
Voor long- en hartpatiënten die ademnood ondervinden, kan een vliegtuigreis wel een zuurstoftekort veroorzaken. In dat geval vraagt men best deskundig advies voor een vliegreis naar een verre bestemming te boeken. Eventueel bestaat zelfs de mogelijkheid om tijdens de vliegtuigreis permanent extra zuurstof toegediend te krijgen.
Lees ook: Vliegtuigreizen: ongezond?