Gerelateerde artikels
Soorten pijnstillers en verschil in werking
In dit artikel
Soorten pijnstillers en verschil in werking
dossier
Als de pijn je te veel wordt, kan een pijnstiller de nodige verlichting geven. Maar hoe navigeer je nu binnen dit hele arsenaal aan pijnstillers? Het is vooral belangrijk dat je een pijnstiller kiest die past bij je klachten. Lees daarom steeds goed de bijsluiter of vraag raad aan een arts.
Lees ook: Hoe kan je jouw pijngrens verhogen?
Paracetamol
Paracetamol is een vrij lichte pijnstiller die ook koortswerend werkt. De kans op bijwerkingen is klein, als je je houdt aan de aanbevolen dosering. Voor volwassenen zijn er uitgaves van 500 milligram en 1 gram. De dosis bij kinderen hangt af van hun lichaamsgewicht. Een half uur nadat je een pil hebt ingenomen, begint hij te werken. Dat effect houdt 4 tot 6 uur aan. Paracetamol is vrij verkrijgbaar. Je kan het gebruiken bij hoofdpijn, menstruatiepijn, griep, keelpijn, koorts,...
Lees ook: Pijn bij kinderen te weinig behandeld
NSAID’s of ontstekingsremmers
NSAID staat voor ‘non-steroïdal anti-inflammatory drugs’ of ‘non-steroïde ontstekingsremmende middelen’. Deze pijnstillers hebben ook een ontstekingsremmende werking. Ze gaan namelijk de werking van prostaglandine tegen, een stof die ontstekingen veroorzaakt. NSAID’s verlichten dus de symptomen die gepaard gaan met ontsteking, zoals zwelling, roodheid, jeuk en pijn.
Ontstekingsremmers kunnen echter maagklachten en nierproblemen geven bij gebruik op lange termijn. Je neemt ze dus het beste in tijdens de maaltijd. Soms zal de arts een maagbeschermer voorschrijven in combinatie met dit soort geneesmiddelen. Na 20 tot 30 minuten begint een ontstekingsremmer te werken en hij blijft een aantal uren na inname werkzaam.
Ontstekingsremmers die tot de NSAID’s behoren, zijn ibuprofen, naproxen en diclofenac. De bekendste ontstekingsremmende pijnstiller is wellicht acetylsalicylzuur, beter bekend als aspirine. Aspirine is een populair middel bij griep en verkoudheid, omdat het tijdelijk het gevoel van algehele zwakte vermindert. Een eigenschap van aspirine is ook dat het bloed verdunt.
Lees ook: NSAID: hoe gebruik je ontstekingsremmers en wat zijn de bijwerkingen?
Narcotische pijnstillers of opioïden
Als men de pijn niet onder controle kan houden met paracetamol of NSAID’s, kan een arts narcotische pijnstillers of opioïden voorschrijven. Opioïden verlenen hun pijnstillende werking aan stoffen die men vindt in opium, zoals bijvoorbeeld morfine. Doordat deze pijnstillers inwerken op de hersenen, zijn er ook meer bijwerkingen aan verbonden, zoals sufheid, misselijkheid en verwardheid.
Men maakt een onderscheid tussen zwak opioïde pijnstillers en sterk opioïde pijnstillers.
- Zwak opioïde pijnstillers: voorbeelden van dit soort pijnstiller zijn codeïne of tramadol. Het lichaam zet de stoffen uit de pijnstiller zelf om in morfine. Het effect is dat de pijnsignalen in de hersenen via de zenuwen minder goed worden ontvangen. Dit soort pijnstiller schrijft men soms voor bij zware rugpijn of zenuwpijn.
- Sterk werkende opioïde pijnstillers: voorbeelden zijn morfine zelf, oxycodon en fentanyl. Dit is de zwaarste soort onder de pijnstillers. Wanneer ze via injectie of infuus worden toegediend, hebben ze nog een sterkere werking, waardoor men ze inzet bij kankerbehandelingen of aan het einde van iemands leven om de pijn te verzachten.
Lees ook: De werking en bijwerkingen van opiaten en opioïden
Bronnen:
auteur:
Sara Claessens,
gezondheidsjournalist