Welke allergische reacties kan een geneesmiddel veroorzaken?

In dit artikel
Welke allergische reacties kan een geneesmiddel veroorzaken?

dossier

Al hebben geneesmiddelen als doel een ziekte te genezen of symptomen te verlichten, soms zijn ze zelf verantwoordelijk voor bepaalde onaangename reacties. Men maakt het onderscheid tussen vier types van allergische reacties. Elke reactie geeft specifieke symptomen.

Vier verschillende types van allergische reactie

Een type-I-allergische reactie is heel heftig, omdat het lichaam allergische antistoffen aanmaakt. De reactie treedt vaak binnen een paar minuten op. Vooral antibiotica en verdovingsmiddelen veroorzaken dit type reacties. Typische klachten zijn:

  • Galbulten
  • Zwellingen
  • Prikkelingen in de mond en keelholte
  • Verstopte neus of loopneus
  • Rode, geïrriteerde ogen
  • Buikkrampen, misselijkheid, braken en diarree
  • Soms ook anafylaxie

Lees ook: Wat is een anafylactische shock?

123m-medic-pills-6-10-20.jpg
Bij een type-II-reactie maakt het lichaam ook antistoffen aan, maar van een ander soort dan bij type I. In het geval van een geneesmiddelenallergie hechten medicijnen zich aan het oppervlak van bloedcellen of aan huidcellen. Het lichaam signaleert deze bloed- en huidcellen als lichaamsvreemd en start een afweerreactie. Dat kan een verstoorde bloedstolling veroorzaken. De opperhuid kan bijvoorbeeld ook loslaten, wat leidt tot blaarvorming.

Een type-III-reactie treedt meestal op zes tot acht uur nadat je in contact bent gekomen met de allergene stof. Bij een geneesmiddelenallergie hechten antistoffen zich aan medicatie in de bloedbaan en vormen hier zogenaamde complexen mee. Deze complexen kunnen neerslaan in kleine bloedvaten in de nieren, longen en huid met als gevolg koorts, gewrichtspijn, nierproblemen, ontstekingsplekken in de huid en/of bloeduitstortingen. 

Een type-IV-reactie komt langzamer op gang dan een reactie van type I, II en III. Bepaalde cellen van het afweersysteem gaan zich specifiek richten tegen een stof en een ontsteking veroorzaken. Dat kan resulteren in een groot aantal verschillende huidreacties gaande van eczeem tot blaarziekten. Type-IV-reacties zien we vooral bij antibiotica en anti-epileptica.

Lees ook: Kunnen antibiotica de kans op darmkanker verhogen?

Diagnose en behandeling

Een allergie voor een medicijn aantonen is niet eenvoudig, vooral als je meerdere geneesmiddelen hebt ingenomen. Bij vermoeden van een allergie kan men twee soorten onderzoeken uitvoeren:

  • Prik- en intradermale huidtesten, vooral bij acute reacties op (sommige) antibiotica, lokale of algemene verdovingsmiddelen,…
  • Bloedtest om de antistoffen tegen bepaalde geneesmiddelen (IgE-antistoffen) op te sporen, enkel in uitzonderlijke gevallen.

Als de arts een allergie voor een bepaald geneesmiddel heeft vastgesteld, zal hij in principe het advies geven om dat geneesmiddel vermijden. Maar soms is het geneesmiddel noodzakelijk, en bestaan er geen evenwaardige alternatieven. Dan kan de arts ervoor kiezen het geneesmiddel toch te geven, eventueel met aanvullend een middel om een allergische reactie te onderdrukken.

Ook past men soms desensitisatie toe. Dat betekent dat je (tijdelijk) ongevoelig wordt gemaakt voor het medicijn. Men bouwt dan de dosering op van het medicijn, totdat de juiste dosis is bereikt om de ziekte te behandelen. Densensitisatie moet onder strikt toezicht van een arts gebeuren. Men gebruikt de procedure vooral bij antibiotica, aspirine en antikankerbehandelingen.

Lees ook: Hoe werkt een huidtest voor allergie?

Bronnen:
https://www.uza.be
https://www.uzleuven.be
https://www.mmc.nl


auteur: Sara Claessens, gezondheidsjournalist
Laatst bijgewerkt: maart 2022

Artikels over gezondheid in je mailbox? Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontvang een gratis e-book met gezonde ontbijtrecepten.

eenvoudig terug uit te schrijven
Wij verwerken jouw persoonsgegevens conform het Privacy-beleid van Roularta Media Group NV.
volgopfacebook

volgopinstagram