Ductaal carcinoom in situ (DCIS): vroege vorm van borstkanker
dossier DCIS is een vroeg stadium van borstkanker die zich beperkt tot de melkkanalen. Het wordt meestal ontdekt via mammografie en heeft een klein risico om invasief te worden. Behandeling is belangrijk om verdere groei te voorkomen.
Wat is ductaal carcinoom in situ?

© Getty Images / DCIS of ductaal carcinoom in situ is een vroege vorm van borstkanker
DCIS wordt vaak ontdekt bij een mammografie, bijvoorbeeld tijdens een borstkankerscreening of bij onderzoek van een knobbeltje in de borst. Het risico dat DCIS zich verspreidt of levensbedreigend wordt, is klein, maar een zorgvuldige beoordeling en het overwegen van behandeling blijven belangrijk.
Lees ook: Wat zijn de symptomen van borstkanker bij vrouwen?
Gradaties van DCIS
- Graad 1 – goed gedifferentieerd: cellen lijken nog sterk op gezonde cellen en groeien meestal langzaam.
- Graad 2 – matig gedifferentieerd: cellen lijken minder op gezonde cellen en groeien vaak sneller.
- Graad 3 – weinig gedifferentieerd: cellen hebben een afwijkende vorm, plakken aan elkaar en lijken nauwelijks nog op gezonde cellen. Deze variant groeit meestal sneller.
Symptomen DCIS
- Een knobbel in de borst.
- Bloederige afscheiding uit de tepel.
- Een knobbel.
- Een ingetrokken of vreemd uitziend stukje huid.
- Een verdikt gebied onder de huid.
- Afscheiding uit de tepel.
Lees ook: Wat zijn de symptomen van borstkanker bij vrouwen?
Oorzaken DCIS
Wie loopt meer risico op DCIS?
- Familiegeschiedenis van borstkanker, vooral bij jonge leeftijd of meerdere familieleden.
- Eerdere borstkanker of bepaalde goedaardige borstafwijkingen zoals LCIS of atypische hyperplasie.
- Menstruatie vóór 12 jaar of menopauze na 55 jaar.
- Vrouw zijn (maar ook mannen kunnen borstkanker krijgen).
- Dicht borstweefsel.
- Alcoholgebruik.
- Eerste zwangerschap na 30 jaar of nooit zwanger geweest.
- Hogere leeftijd.
- Erfelijke DNA-mutaties zoals BRCA1 of BRCA2.
- Hormoontherapie tijdens de menopauze (oestrogeen + progesteron).
- Overgewicht.
- Blootstelling aan bestraling van de borstkas op jonge leeftijd.
Hoe kan je je risico op DCIS verkleinen?
- Met je arts te bespreken wanneer en hoe vaak je moet screenen.
- Zelf je borsten te controleren om veranderingen sneller op te merken.
- Alcohol te beperken of niet te drinken.
- Regelmatig te bewegen (minstens 30 minuten per dag, meerdere dagen per week).
- Hormoontherapie tijdens de menopauze te beperken.
- Een gezond gewicht te behouden.
Diagnose DCIS
Behandeling DCIS
Twee operatiemogelijkheden
- Borstsparende operatie: het DCIS wordt samen met een randje gezond weefsel weggehaald. Omdat DCIS vaak niet voelbaar is, plaatst de radioloog vooraf een dun metalen draadje (harpoen) om de plek aan te wijzen. Het verwijderde weefsel wordt onderzocht om te controleren of alle afwijkende cellen weg zijn (negatieve snijrand) of dat er nog cellen aan de rand zitten (positieve snijrand). Bij een positieve snijrand is soms een tweede operatie nodig.
- Borstamputatie: als het DCIS te uitgebreid is, wordt de hele borstklier met huid en tepel verwijderd.
Soms wordt tijdens de operatie de schildwachtklier (eerste lymfeklier bij de tumor) verwijderd en onderzocht. Als deze schoon is, zijn de andere okselklieren meestal ook vrij van kankercellen.
Mogelijke nabehandeling
- Bestraling: na een borstsparende operatie volgt vaak radiotherapie om achtergebleven cellen te vernietigen.
- Antihormonale therapie: als de tumor hormoongevoelig is, kan een dagelijkse pil gedurende minstens vijf jaar worden voorgeschreven.
- Na de operatie volgt een schema van regelmatige controles: eerst elke drie maanden, daarna minder vaak. Jaarlijks worden een mammografie en echografie gemaakt.
Overlevingskansen DCIS
Lees ook: Wat zijn de overlevingskansen bij borstkanker?
Emotionele impact van de diagnose en behandeling