nieuws
Mensen die lijden aan een allergie (niet noodzakelijk een kattenallergie) doen er beter aan om geen kat in huis te halen. De aanwezigheid van een kat kan hun allergie namelijk verergeren, aldus onderzoekers van het Imperial College London (gepubliceerd in het American Journal of Respiratory and Critical Care Medicine, juli 2007, p 20-26). Ook katten in de onmiddellijke omgeving kunnen een gelijkaardig effect hebben.
Uit de European Community Respiratory Health Survey (ECRHS) in 20 Europese landen blijkt namelijk dat mensen die niet specifiek allergisch zijn voor katten bij contact met katten een verhoogde bronchiale reactie en een vernauwing van de luchtwegen hebben. Dit geldt vooral voor mensen die gevoelig zijn voor graspollen, huisstofmijt en schimmels.
Katten verhogen ook de kans op allergie bij jonge kinderen. Volgens de Duitse LISA-studie (Lifestyle-Immune-System-Allergy), gepubliceerd in het meinummer van het Journal of Allergy and Clinical Immunology, zou herhaald contact met katten tijdens de eerste levensmaanden van een kind de kans op de ontwikkeling van allergie verhogen. De onderzoekers vonden een duidelijke relatie tussen allergie en de aanwezigheid van katten in de eerste levensjaren. De onderzoekers vonden allergische sensitisatie tegen kattenhaar bij 1,3% van de kinderen tot 2 jaar. Bij kinderen tot zes jaar werd bij 5% sensitisatie tegen kattenhaar gevonden.
 |
 |
