- nieuws10 lezeressen testten de hydraterende intieme gel Mucogyne
- dossierMaandstonden uitstellen: hoe doe je dat?
- dossierPijnstilling tijdens de bevalling: wat zijn de opties?
- dossierWanneer kies je voor een epidurale verdoving of ruggenprik?
- dossierMet deze coretraining na de zwangerschap voel je je snel terug krachtig
Moederschapsverlof = moederschapsrust
dossier
Update dossier 19 april 2007
Moederschapsverlof = pre- en postnatale moederschapsrust (zwangerschapsverlof en bevallingsverlof)
1. Arbeidsters, bedienen en werklozen
Bovengenoemde personen vallen allen onder de noemer “loontrekkenden” voor wie de periode van moederschapsrust in totaal 15 weken bedraagt. Uitzondering op deze regel is een meerlingzwangerschap waarbij de moederschapsrust in totaal 19 weken bedraagt.
De periode van moederschapsrust kan ten vroegste starten van de 6e week (9e week bij meerling) voor de vermoedelijke bevallingsdatum.
Gewone bevalling: 15 weken
prenataal: 6 weken waarvan 5 weken facultatief en 1 week verplicht
postnataal: 9 weken verplicht beginnende op de werkelijke bevallings-atum, eventueel verlengd met de facultatieve niet opgenomen prenatale rust (= 5 weken). De laatste week voor de bevalling is niet overdraagbaar gezien het verplicht karakter van de opname.
Meerlingen: 19 weken
prenataal: 8 weken waarvan 7 facultatief en 1 week verplicht
postnataal: 11 weken beginnende op de werkelijke bevallingsdatum, eventueel verlengd met de facultatieve niet-opgenomen prenatale rust (= max 7 weken)
Aanvraag:
bezorg aan het ziekenfonds een briefje “vertrouwelijk” met vermelding van de vermoedelijke bevallingsdatum en de datum van het stoppen van de werkzaamheden. Het ziekenfonds bezorgt vervolgens een “inlichtingenblad”: een deel is zelf in te vullen en een deel is door de werkgever of uitbetalingsinstelling van de werkloosheidsuitkering in te vullen. Het ingevulde formulier wordt aan het ziekenfonds overgemaakt. De adviserende geneesheer van het ziekenfonds stuurt vervolgens een ontvangstbevestiging.
Na de geboorte dient een uittreksel uit de geboorteakte naar het ziekenfonds gestuurd te worden (wordt verkregen op de burgerlijke stand). Na het einde van de moederschapsrust wordt een bewijs van werkhervatting (opgesteld door de werkgever of uitbetalingsinstelling van de werkloosheidsuitkering) aan het ziekenfonds overgemaakt.
Uitkering:
• werknemers:
gedurende de eerste 30 dagen: 82% van het onbegrensd brutoloon
vanaf dag 31: 75% van het begrensde brutoloon
• werklozen:
gedurende de eerste 30 dagen: 60% van het brutoloon waarop de werkloosheidsuitkering is berekend (referteloon) beperkt tot het bedrag van de werkloosheidsuitkering + 19,5% van het referteloon
vanaf dag 31: 60% van het referteloon, beperkt tot het bedrag van de werkloosheidsuitkering + supplement van 15% van het referteloon
Afwijkingen:
a. Voortijdige bevalling: de postnatale rust kan verlengd worden met de niet opgenomen facultatieve prenatale rust
b. Laattijdige bevalling: indien de 6 weken prenatale rust opgenomen zijn wordt het verlof verlengd tot aan de bevalling (ziekteuitkering). Het recht op de volledige postnatale rust blijft bestaan.
c. Verlenging in geval van arbeidsongeschiktheid, ziekte of ongeval gedurende de volledige 6 weken (8 weken bij meerling) die de bevalling voorafgaan geven recht op verlenging van de periode met 1 week
d. Hospitalisatie van de pasgeborene: een aanvraag tot verlenging van de moederschapsrust kan ingediend worden wanneer de baby langer dan 7 dagen (dag van geboorte inbegrepen) ononderbroken gehospitaliseerd wordt. De moederschapsrust wordt dan verlengd met de hospitalisatieduur min 7 dagen en dat gedurende maximum 24 weken. De aanvraag moet gebeuren bij de werkgever en het ziekenfonds voor het einde van de postnatale rust door middel van een attest van hospitalisatie van de pasgeborene. De vergoeding bedraagt eveneens 75% van het begrensde brutoloon.
Merk op: de aanvraag tot verlenging is niet verplicht.
e. Doodgeboorte na 180 dagen zwangerschap: het recht op 9 weken moedersschapsrust verlengd met max 5 weken facultatief verlof indien je effectief tewerkgesteld was voor de bevalling blijft bestaan .
De uitkering
De betaling gebeurt halfmaandelijks bij voorkeur door overschrijving. Sinds 1/1/04 wordt een bedrijfsvoorheffing van 11,11 procent ingehouden op de ziekte-uitkeringen gedurende het eerste jaar arbeidsongeschiktheid (idem voor uitkering in het kader van moederschapbescherming zoals onder meer voor moederschaps- en vaderschapsverlof, adoptieverlof, borstvoedingspauzes en werkverwijdering.
2. Moederschapsrust bij zelfstandige
In de categorie zelfstandigen vallen zowel de zelfstandigen in hoofdberoep als de meewerkende echtgenoten.
Als periode van moederschapsrust geldt 6 weken verplicht op te nemen (1 week extra bij meerlingen)
Prenataal: 3 weken, waarvan 2 weken facultatief en 1 week verplicht
Postnataal: 3 weken eventueel verlengd met de niet opgenomen facultatieve prenatale rust ( maximum 2 weken)
Aanvraag:
Bezorg het ziekenfonds een briefje “vertrouwelijk” met vermelding van de vermoedelijke bevallingsdatum en de datum van het stoppen van de werkzaamheden. Na de geboorte dient een uittreksel van de geboorteakte aan het ziekenfonds overgemaakt te worden. Uiterlijk 2 dagen werkhervatting moet een verklaring van werkhervatting aan het ziekenfonds overgemaakt worden.
Uitkering:
Er wordt een vast bedrag (2082,71 euro en 374,11 euro bij meerling) uitbetaald. De uitkering wordt pas uitbetaald na het indienen van het uittreksel van de geboorteakte. De zelfstandige heeft eveneens een verklaring nodig van de sociale zekerheidskas waarin bevestigd wordt dat ze in regel is met de betaling van de kwartaalbijdrage tot en met het kwartaal van de bevalling.
Afwijkingen:
a. Voortijdige bevalling: de niet gebruikte weken dienen nog opgebruikt te worden vb. indien nog geen prenatale rust genomen moet de moeder de 6 weken (7 weken bij meerling) opnemen.
b. Laattijdige bevalling: de periode van prenatale rust wordt verlengd tot de bevalling; de resterende weken worden opgenomen na de geboorte.
3. Ambtenaren met vaste benoeming
De duur bedraagt dezelfde periode als bij de categorie werkneemsters.
De aanvraag gebeurt door aangifte bij de werkgever; aangifte bij het ziekenfonds is overbodig.
Het loon wordt gedurende de volledige periode doorbetaald.
Voor afwijkingen wordt verwezen naar de desbetreffende personeelsdienst.