nieuws
Kinderen van moeders die tijdens de zwangerschap roken, hebben een kleiner hersenvolume en een verhoogde kans op stemmingsstoornissen. Dat schrijven onderzoekers van het Erasmus Medisch Centrum Rotterdam in het wetenschappelijke tijdschrift Neuropsychopharmacology.
Voor het onderzoek werden gegevens gebruikt van de zogenaamde Rotterdamse Generation R-studie. Die studie volgt de groei, ontwikkeling en gezondheid van 10.000 Rotterdamse kinderen geboren tussen 2002 en 2006. In dit onderzoek werden 113 kinderen van wie de moeder tijdens de zwangerschap had gerookt vergelegen met 113 kinderen waarvan de moeder niet rookte. Van de kinderen was een MRI-scan gemaakt toen zij 6 tot 8 jaar oud waren en op 6-jarige leeftijd werd een vragenlijst ingevuld in verband met gedrags- en emotionele stoornissen.
De kinderen van moeders die tijdens de zwangerschap rookten, hadden een lager hersenvolume en een lagere hoeveelheid grijze stof in de hersencortex dan de kinderen uit de controlegroep. Bij deze kinderen kwamen ook meer stemmingstoornissen voor, wat deels zou kunnen verklaard worden door het dunner worden van delen van de cortex. Bij de kinderen van moeders die voor de zwangerschap waren gestopt met roken, werden deze effecten op de hersenen niet gevonden.
De onderzoekers waarschuwen uitdrukkelijk dat deze gegevens met de nodige voorzichtigheid moeten geïnterpreteerd worden. Enerzijds betrof de studie een relatief kleine groep vrouwen. Bovendien kan met dit soort onderzoek nooit een oorzakelijk verband worden aangetoond.
 |
 |
