nieuws
Iedereen weet dat we minder goed horen en zien naarmate we ouder worden, maar onze drie andere zintuigen lijden evenzeer onder onze leeftijd.
Er werd research daaromtrent verricht door een Amerikaans team van de Universiteit van Chicago. Ze onderzochten ongeveer 3.000 representatieve testpersonen van boven de 57 jaar met de bedoeling om na te gaan welk percentage van die senioren last had van een of meer minder goed functionerende zintuigen. Een eerste vaststelling is dat twee derden te kampen had met een stoornis, in mindere of meerdere mate, bij twee of meer zintuigen. Het zicht en het gehoor gaan achteruit, dat is zeker, maar wat de onderzoekers nog meer ontdekten is dat bij 75% van de testpersonen ook de smaak was gewijzigd, bij 70% de tastzin en bij 22% de reukzin. Bij de ene persoon was het mankement al wat groter dan bij de andere, maar het was wel degelijk bij alle getroffenen aanwezig.
Globaal gezien zijn mannen gevoeliger voor problemen met smaak, gehoor en reuk, terwijl vrouwen (proportioneel gezien) meer te maken krijgen met verminderd zicht. De gevolgen daarvan zijn zeker niet te verwaarlozen. De getroffen personen passen zich wel geleidelijk aan, maar toch kunnen die problemen hun levenskwaliteit aantasten. Volgens de wetenschappers gebeurt die ommekeer rond ons vijftigste: vanaf dan werken onze zintuigen over het geheel genomen minder efficiënt. Dat is een gevolg van de achteruitgang van ons zenuwstelsel en van onze cognitieve vaardigheden. Er kunnen natuurlijk ook al vroeger problemen ontstaan, zeker wat het zicht betreft.
De vraag rijst of de opeenstapeling van dergelijke problemen moet worden beschouwd als een aanwijzing dat er een neurodegeneratief risico is (zoals bijvoorbeeld de ziekte van alzheimer) of als het gewoon een ‘natuurlijk’ nevenverschijnsel is van het ouder worden. Om daarop een duidelijk antwoord te kunnen formuleren en om na te gaan of er een patroon zit in die zintuiglijke achteruitgang, is er uiteraard nog verder onderzoek nodig.
 |
 |
