Te dik en toch kerngezond zijn, het kan niet
Laatst bijgewerkt: november 2019
nieuws
Er bestaan ook dikke mensen die fit zijn”, het klinkt als een mooi excuus om nog een stuk pizza te nemen. Maar een nieuwe studie bij 300.000 Europeanen toont aan dat deze ‘obesitasparadox’ niet klopt: er is altijd een verband tussen een hogere BMI en het risico op hart- en vaatziekten, hartaanvallen, beroertes en een hoge bloeddruk.
Onderzoekers van de Universiteit van Glasgow hebben vijf jaar lang de gegevens van 300.000 blanke Europeanen opgevolgd om te kijken of er een verband was tussen hun gewicht en problemen met hart en bloedvaten. Uit hun resultaten bleek dat vanaf een BMI van 22-23 het risico op problemen geleidelijk aan steeg. Een vrouw met een BMI hoger dan 22 heeft 15 procent meer kans op problemen wanneer haar BMI met vijf omhoog gaat, bij mannen hoeft dat zelfs maar 4.3 te zijn. Maar ook het vet rond de buik is een indicator: het risico van een gemiddelde vrouw stijgt met 16 procent voor elke 12.6 centimeter rond het middel, bij mannen is dat 10 procent voor 11.4 centimeter.
Eerdere studies over dit onderwerp konden nooit zo’n duidelijk verband vinden tussen obesitas en het risico op hart- en vaatziekten: de ‘obesitasparadox’ leek er op te wijzen dat je zelfs met overgewicht nog fit kon zijn. Dat wil professor Stamatina Iliodromiti, hoofdauteur van de studie, met klem ontkrachten: “Er mag geen misverstand bestaan over het ‘beschermende’ effect van vet”, zegt ze in het vakblad European Heart Journal. “Dit is de grootste studie die het bewijs levert: de obesitasparadox bestaat niet. Gezonde mensen kunnen hun BMI best rond de 22 of 23 houden om een minimaal risico te lopen. Hoe minder vet je hebt, zeker rond je buik, hoe kleiner de kans op hartaandoeningen in de toekomst.” Het misverstand is mogelijk ontstaan omdat vorige studies te weinig rekening hielden met rokers: die zijn doorgaans magerder, maar hebben ook een hoog risico op hart- en vaatziektes, waardoor ze de cijfers vertekenden.
Haar coauteur, professor Naveed Sattar, benadrukt dat het niet voor iedereen haalbaar is om een BMI van 22 of 23 na te streven, maar stelt wel dat elke poging loont: “Als je overgewicht hebt, kan zelfs een paar kilo kwijtspelen al bijdragen aan een betere gezondheid. Er zijn geen nadelen aan.”