Parkinson bij jongvolwassenen: ‘Andere symptomen dan bij ouderen’

Vijf tot tien procent van de mensen met parkinson ontwikkelt de ziekte voor de leeftijd van 50 jaar. Dat parkinson uitsluitend een ouderdomsziekte is, klopt dus niet. Aangezien in België naar schatting zo’n 40 000 mensen lijden aan de ziekte van Parkinson, zou ruim twee- tot drieduizend van de patiënten dus jonger zijn dan 50 jaar. In een persbericht naar aanleiding van wereldparkinsondag vraagt de vzw Stop Parkinson om waakzaam te zijn voor de symptomen. De ziekte uit zich namelijk op een andere manier bij jongvolwassenen, waardoor een juiste diagnose vaak op zich laat wachten. 

Professor Patrick Cras, neuroloog in het UZA: “Jonge patiënten hebben in het begin last van vage klachten die moeilijker in verband te brengen zijn met parkinson. Symptomen zoals tintelingen in een arm, onhandigheid, onverklaarde schouderpijn of verkrampingen worden vaak gezien bij deze groep. Maar ze kunnen ook last hebben van neerslachtigheid, verminderde motivatie, verminderde reukzin of slaapstoornissen waarbij ze tijdens de slaap allerlei bewegingen beginnen uit te voeren.” Uit cijfers blijkt dat deze patiënten gemiddeld zes tot zeven jaar na hun diagnose stoppen met werken, omdat de symptomen te uitgesproken zijn. De neerslachtigheid, angst, onzekerheid over de toekomst en geheugenklachten hebben bovendien een belangrijke impact op het sociale leven en relaties. 

Een mutatie in het LRRK2 gen is de meest voorkomende oorzaak van parkinson op vroege leeftijd. Er is medicatie ontwikkeld die specifiek op dit proces kan ingrijpen. Die zit momenteel in de testfase. Professor Patrick Cras: “Ondanks het feit dat een dergelijke diagnose vaak inslaat als een bom toont deze groep patiënten naast hun uitdagingen ook een bijzondere kracht. Ik ben altijd onder de indruk van hun bijzonder groot aanpassingsvermogen, hoe ze ondanks hun diagnose doorzetten, zowel op goede als slechte dagen. Dit is echt bewonderenswaardig.”