Alzheimerdag
nieuws
De ziekte van Alzheimer is de meest voorkomende (60 à 70 % van de gevallen), oorzaak van dementie. 6% van de 65-plussers zouden 'dementeren'. Boven de 85 jaar ligt dit percentage rond de 30 %.
Er is geen enkelvoudige of eenduidige oorzaak aan te wijzen.
Wel kent men een aantal 'risicofactoren' , dit zijn toestanden die de ziekte zouden kunnen in de hand werken.
• De leeftijd. Hoe gezond of ongezond men ook leeft, de kansen om dement te worden stijgen met de jaren.
• Andere ziekten: diabetes of suikerziekte, de ziekte van Parkinson. Een speciale vermelding verdienen hart- en vaatziekten, zoals hoge bloeddruk en slagaderverkalking
• De voeding. Het betreft vooral hoge consumptie van verzadigde vetten. Niet alleen de vasculaire dementie, maar ook de dementie van het Alzheimer-type wordt erdoor in de hand gewerkt. De kansen op dementie blijken kleiner te worden naarmate men in verhouding meer onverzadigde vetten consumeert.
• Ongevallen waarbij de hersenen geraakt werden. Dementie treedt vaker op bij mensen die na hun zestigste een hersenschudding opliepen.
• Weinig oestrogeen, het vrouwelijke hormoon, dat na de menopauze schaarser voorhanden is. Men heeft aanwijzingen dat dementie minder zou voorkomen bij vrouwen die na de menopauze vrouwelijk hormoon gebruiken.
• Familiale belasting. Slechts in een heel klein aantal gevallen is de ziekte van Alzheimer dominant erfelijk. Meestal is de ziekte niet erfelijk.
Dankzij de vooruitgang in de geneeskunde kan de ziekte van Alzheimer nu beter geïdentificeerd worden en kan de ziekte onderscheiden worden van andere aandoeningen die het gedrag en de cognitieve mogelijkheden (o.a. geheugen) beïnvloeden. Verder onderzoek kan ook aantonen dat er andere oorzaken dan de ziekte van Alzheimer aan de basis kunnen liggen van deze problemen.
Bij een vroegtijdige opsporing kan de verzorging, alsook de medische, psychologische en sociale begeleiding beter aangepast worden om de getroffen persoon op die manier langer zelfstandig te laten functioneren.
Weliswaar kunnen medicijnen de toestand een tijd lang stabiliseren en aanvankelijk zelfs verbeteren, maar tegen de ziekte zelf is de geneeskunde nog niet opgewassen.
Vooral de strijd om zelfwaarde verdient alle steun. Als je erin slaagt de dementerende vernederingen te besparen en zich iemand te blijven laten voelen, wordt het leven minder krampachtig, rustiger, harmonischer.
Dementie is niet zonder gevaar . Denk maar aan 'verstrooidheid' bij omgaan met gas, elektriciteit, vuur in het algemeen, en aan verkeerd inschatten van verkeerssituaties.
Uiteindelijk blijven mensen met Alzheimer-dementie lange tijd over fysieke, emotionele en tot op zekere hoogte ook geestelijke mogelijkheden beschikken. Die worden best in zo goed mogelijke staat gehouden. Dat betekent: actief blijven en zelfs oefenen op al die fronten.
www.dementie.be
www.alzheimerliga.be