Eetstoornis Arfid: wanneer voedsel angst inboezemt

Avoidant/Restrictive Food Intake Disorder (Arfid), of vermijdende/restrictieve voedselinnamestoornis, is pas sinds 2013 officieel erkend als een psychologische aandoening. Volgens schattingen heeft 2 tot 4% van de bevolking er last van. Arfid verschilt sterk van bekende eetstoornissen zoals boulimie en anorexia omdat het probleem niet ligt bij een fixatie op gewicht of uiterlijk, maar bij angst voor het voedsel zelf. Het gaat ook veel verder dan ‘kieskeurig eten’, wat veel voorkomt bij jonge kinderen, maar van voorbijgaande aard is. 

De stoornis komt voor in veel verschillende vormen. Zo zijn er mensen die enkel vloeibaar voedsel willen eten omdat ze getraumatiseerd zijn door een incident waarbij ze zich stevig verslikten. Anderen zijn gevoelig voor bepaalde zaken, bijvoorbeeld door een allergie of intolerantie, en willen uit angst voor verteringsproblemen maar een heel beperkt scala aan voedsel op het menu. Sommigen zweren zelfs bij voedsel van een specifieke kleur, vaak wit of beige, of kunnen niets eten met toegevoegde smaak- en conserveringsstoffen. Mensen met autisme lopen een hogere kans op de stoornis. Emotionele en relationele problemen kunnen een belangrijke rol spelen.

De aandoening kan de ontwikkeling van jongeren ernstig belemmeren en bijvoorbeeld lijden tot een groeiachterstand. Mensen met Arfid verliezen vaak gewicht omdat ze te weinig eten of komen net aan omdat ze enkel ongezond voedsel eten. De eetstoornis kan leiden tot een tekort aan essentiële voedingsstoffen, zoals vitamines en mineralen. Ook mentaal kan Arfid zware gevolgen hebben, onder meer omdat mensen sociaal geïsoleerd raken, omdat ze bijvoorbeeld niet buitenshuis en met anderen willen eten.

Hoewel er nog bijkomend onderzoek nodig is naar behandelingen, lijkt cognitieve gedragstherapie goed te werken. Daarbij worden mensen geconfronteerd met het verschil tussen hun angst en de realiteit. Voor ouders is het belangrijk om op tijd hulp te zoeken en geduld aan de dag te leggen tijdens de behandeling. Dwing kinderen zeker niet om ondanks hun hevige angst bepaalde zaken te eten, want dit kan de aandoening doen verergeren.