- boeken/interviewsWat is de beste houding op het toilet voor een vlotte stoelgang?
- dossierWelke medicatie kan uitdroging veroorzaken?
- nieuwsHeb je al gehoord over nocebo-effect?
- nieuwsHoe kunnen we onze microbiota behouden als we antibiotica gebruiken?
- videoWaarom moet je naar de wc als je nerveus bent?
Constipatie: wanneer een laxeermiddel gebruiken?
dossier
Heel wat mensen grijpen naar laxeermiddelen van zodra hun darmen een beetje "lui" worden. Ze verliezen daarbij uit het oog dat laxeermiddelen geen onschuldige hulpmiddeltjes zijn maar echte geneesmiddelen met mogelijke bijwerkingen en soms, bij langdurig gebruik, gevaar voor gewenning.
Algemeen kunnen we stellen dat laxeermiddelen meestal slechts voor een korte termijn en bij voorkeur op doktersadvies mogen worden gebruikt en pas nadat andere behandelingen niet doeltreffend zijn gebleken.
Voor je naar een laxeermiddel grijpt, moet je een duidelijk antwoord hebben op volgende vragen: Ben ik echt geconstipeerd? Wat is de oorzaak van de verstopping? Welk risico bestaat er op bijwerkingen?
Lees ook: Verstopping of constipatie: oorzaken en tips
Wat is constipatie?
'Constipatie' is een rekbaar begrip. Het darmritme verschilt immers sterk van persoon tot persoon, zodat de een zich geconstipeerd voelt na één dag zonder stoelgang , terwijl een ander pas na verschillende dagen zonder ontlasting van verstopping zal gewagen. Algemeen kan men stellen dat de normale stoelgang varieert tussen drie keer per dag en drie keer per week.
Men kan spreken van constipatie of obstipatie:
• als je regelmatig meer dan drie dagen geen ontlasting hebt,
• wanneer de gebruikelijke frequentie afneemt
• wanneer de ontlasting pijnlijk is, lang duurt (meer dan tien minuten)
• wanneer de stoelgang harder is dan gewoonlijk. Dit gaat gewoonlijk gepaard met een opgeblazen gevoel, minder eetlust enzovoorts. Omdat de stoelgang te lang in de dikke darm blijft zitten, wordt hij harder en droger.
Wat is de oorzaak van constipatie?
Door meteen naar laxeermiddelen te grijpen, maskeer je de symptomen en wordt een - soms levensbelangrijke - diagnose misschien laattijdig gesteld.
Constipatie door voeding
In veel gevallen liggen verkeerde voedings- en leefgewoonten aan de basis van het probleem. Wie weinig drinkt, weinig voedingsvezels eet en weinig lichaamsbeweging neemt, loopt veel kans om geconstipeerd te raken. Bepaalde voedingsmiddelen, zoals belegen kaas en eieren, verhogen bij veelvuldig gebruik nog het risico op verstopping. Een aanpassing van het voedingspatroon is dan ook vaak al voldoende om de verstopping te verhelpen.
• Eet méér voedingsvezelrijke producten zoals aardappelen, bonen, volkorenbrood, cornflakes, vers fruit, rauwkost en vezelrijke groenten zoals asperges, spruiten, sla, kolen, bloemkool, granen, erwten, enz. In het algemeen stimuleren de vezels van graanproducten en peulvruchten méér de stoelgang dan de vezels uit groenten en fruit. De algemene regel is dat elke volwassene dagelijks 30 tot 40 g voedingsvezels zou moeten gebruiken.
• Wees anderzijds matig met vezelarm voedsel zoals ijs, zoete frisdranken, kaas, wit brood en vlees.
• Tracht ook steeds voldoende tijd uit te trekken om te eten, te ontspannen en de natuur haar werk te laten doen. Heel belangrijk is ook om elke ochtend een uitgebreid vezel- en vetrijk ontbijt te nemen. Een glas water op nuchtere maag of een tas koffie bevordert eveneens de ochtendlijke stoelgang.
• Bij een vezelarme voeding kan het nuttig zijn de inname van vezels te verhogen onder vorm van supplementen (bv. tarwezemelen, ongeveer 20 g per dag). Na één tot drie dagen merk je dat de ontlasting op gang komt. Zorg dat je bij deze middelen voldoende drinkt (1,5 tot 2 liter per dag), anders kan de verstopping verergeren.
Constipatie door geneesmiddelen
• Sommige geneesmiddelen kunnen constipatie veroorzaken. Medicijnen die codeïne bevatten (zoals de meest hoestsiropen), opioïden (verdovende pijnstillers), bepaalde maagbeschermers, antidepressieve middelen, antihistaminica (die worden gebruikt bij de behandeling van allergieën), anti-epileptica, ontstekingsremmers, en bepaalde bloeddrukverlagende middelen zoals calcium-antagonisten en plaspillen vertragen het ritme van de darmen of zorgen voor een hardere stoelgang. Ook geneesmiddelen op basis van ijzer kunnen constipatie uitlokken of verergeren. Ook laxeermiddelen kunnen een oorzaak zijn. De darm is dan zodanig gewoon aan het laxeermiddel dat het zonder niet meer lukt.
Lees ook: Wat is het prikkelbare darm syndroom (PDS)?
Wanneer laxeermiddelen gebruiken?
Indien een aanpassing van de voedings- en levenswijze geen resultaten afwerpt, kan het gebruik van laxeermiddelen gedurende korte tijd zinvol zijn. Hoewel bepaalde laxeermiddelen natuurlijke producten bevatten, mag men het laxeermiddel nooit beschouwen als een natuurlijk middel om de darmwerking te stimuleren.
Praktische tips
• Laxeermiddelen zijn alleen verantwoord als de oorzaak van de constipatie bekend is.
• Gebruik ze alleen als andere middelen (voeding, meer bewegen...) hebben gefaald. Volgens de Nederlandse richtlijnen voor huisartsen voor de behandeling van obstipatie kan gestart worden met laxeermiddelen als die andere maatregelen na twee weken onvoldoende hebben gewerkt, of eerder als de patiënt veel hinder ervaart.
• Neem beter geen laxeermiddelen zonder advies van je arts of apotheker. Geef alleszins nooit laxeermiddelen aan jonge kinderen zonder doktersadvies. Raadpleeg ook je arts als de obstipatie na één week gebruik van een laxeermiddel niet verbetert.
• Neem zeker nooit op eigen initiatief laxeermiddelen wanneer de obstipatie gepaard gaat met buikpijn, misselijkheid, braken of andere bijkomende klachten.
• Lees voor gebruik van een laxeermiddel altijd de bijsluiter en volg de gebruiksvoorschriften nauwgezet. Neem zeker geen hogere dosis dan voorgeschreven. Misbruik kan immers je gezondheid schaden. Laxeermiddelen kunnen bijvoorbeeld de opname van bepaalde voedingsstoffen en vitaminen verhinderen en de doeltreffendheid van bepaalde geneesmiddelen verminderen.
• Meestal zijn laxeermiddelen bedoeld voor kortstondig en occasioneel gebruik. Langdurig gebruik van laxeermiddelen is zelden nodig. Raadpleeg je (huisarts) als je langer dan één week een laxeermiddel neemt.
Sommige laxeermiddelen kunnen bij langdurig gebruik ernstige problemen opleveren, zoals bijvoorbeeld nierproblemen.
• Langdurig gebruik van contactlaxeermiddelen kan ook verder leiden tot afhankelijkheid en verlies van controle over de zenuwen in de dikke darm, waardoor de ontlasting verstoord wordt en de constipatie chronisch wordt (cathartisch colon).
• In sommige omstandigheden kan langdurig gebruik van een laxeermiddel wel nodig zijn, bijvoorbeeld bij sommige oudere mensen en mindervaliden.
• Een laxeermiddel kan ook aangewezen zijn wanneer persen bij de ontlasting nadelig is, bijvoorbeeld wanneer je aan angina pectoris of een liesbreuk lijdt. Ook bij obstipatie door geneesmiddelen (bv. opiaten bij patiënten in de palliatieve zorg) kunnen laxeermiddelen nuttig zijn. Bij obstipatie door pijnstillers met opiaten kan je arts ook preventief een laxeermiddel voorschrijven.
• Soms zal een laxeermiddel voorgeschreven worden ter voorbereiding van een heelkundige ingreep (operatie, kijkoperatie...).
• Houd er rekening mee dat een stoelgang die veroorzaakt wordt door een belangrijke inname van laxeermiddelen, een volledige lediging van de darm tot gevolg kan hebben. Daardoor kan het gebeuren dat er verschillende dagen nodig zijn om de darm opnieuw te vullen. Deze "interimperiode" kan verkeerdelijk geïnterpreteerd worden als constipatie en opnieuw aanleiding geven tot gebruik van laxeermiddelen.
Stop onmiddellijk met de laxeermiddelen en raadpleeg je (huis)arts) als je last hebt van bijwerkingen zoals een astma-aanval, huiduitslag, een onregelmatige hartslag, duizeligheid, vermoeidheid, diarree, uitdroging, spierkrampen of onpasselijkheid, moet onmiddellijk het gebruik van de laxeermiddelen stopzetten.
Wanneer geen laxeermiddelen?
Raadpleeg altijd je (huisarts) voordat je een laxeermiddel gebruikt indien je:
• een inflammatoire darmziekte hebt zoals de Ziekte van Crohn colitis ulcerosa of prikkelbaar darm syndroom;
• een darmobstructie hebt;
• je een darmoperatie (colostomie of ileostomie) hebt ondergaan;
• een lever- of nieraandoening hebt;
• een hartziekte hebt;
• lactose- of fructoseintolerantie hebt: sommige laxeermiddelen bevatten lactose of fructose;
• pnenylketonurie hebt: sommige laxeermiddelen bevatten phenyllalanine;
• slikproblemen (dysfagie) hebt;
• zwanger bent of borstvoeding geeft;
• diabetes hebt: sommige laxeermiddelen kunnen de suikerspiegel verhogen;
• pijnstillers met opiaten neemt;
• wanneer je andere voorschriftgeneesmiddelen moet nemen, zoals o.a. bloedverdunners, plaspillen, cortisone, antibiotica;
• bij jonge kinderen.
Kinderen en laxeermiddelen
Obstipatie bij kinderen komt vaak voor bij het begin van de zindelijkheidstraining en de schoolperiode. In deze leeftijdsgroep maakt naar schatting tot 2,5% van de kinderen eens gebruik van een laxeermiddel. Meestal is obstipatie bij kinderen voorbijgaand, maar het kan ook evolueren tot een chronisch probleem.
De risicofactoren voor het ontwikkelen van obstipatie bij kinderen zijn o.a. vezelarme voeding, langdurige ziekte, bedrust en weinig beweging. Daarnaast kunnen bijkomend een te vroege of te strenge zindelijkheidstraining en/of een moeizame, pijnlijke ontlasting obstipatie veroorzaken. Een mogelijke oorzaak voor het ontwikkelen en in stand houden van obstipatie op de kinderleeftijd is het bewust of onbewust tegenhouden van de ontlasting. Niet genoeg tijd nemen voor de defecatie en de weigering een onbekend toilet te gebruiken (bijvoorbeeld op school of bij vreemden) kunnen ‘ophoudgedrag' veroorzaken.
• Bij kortdurende obstipatie bij het kind bestaat de aanpak vooral uit aanpassingen van de voedingsgewoontes. Indien een laxeermiddel nodig is, dan behoren de osmotische laxeermiddelen zoals lactulose en macrogol tot de eerstekeuze middelen. Bij kinderen jonger dan 1 jaar is lactulose het enige middel van eerste keus. Indien nodig kunnen deze middelen gedurende meerdere maanden gebruikt worden.
• Zwelmiddelen (zoals ispaghul, sterculia) kunnen ook gebruikt worden, maar kunnen niet altijd gemakkelijk toegediend worden bij jonge kinderen.
• Paraffine kan een alternatief zijn wanneer osmotische laxativa niet verdragen worden of wanneer men de stoelgang snel wenst te verweken. Het gebruik van paraffine moet vermeden worden bij jonge kinderen (jonger dan 12 maanden) en kinderen met slikstoornissen.
Raadpleeg altijd je (huis)arts voor je een kind jonger dan zes jaar een laxeermiddel geeft.
Lees ook: Constipatie bij kinderen
Zwangerschap en laxeermiddelen
Obstipatie tijdens de zwangerschap komt frequent voor, vooral in het eerste en het derde trimester. Ook bij vrouwen die voor de zwangerschap geen last hebben met de stoelgang, kan dit tijdens de zwangerschap opeens opspelen. Dit heeft alles te maken met hormonale (progesteron) veranderingen waardoor de darmpassage vertraagt en meer vocht wordt onttrokken aan de feces. Maar ook andere factoren zoals ijzersupplementen, verminderde lichaamsbeweging, een veranderende bloedsomloop en de druk van inwendige organen en de baby op de darmen zijn allemaal factoren die obstipatie in de hand werken.
Indien een laxeermiddel noodzakelijk is tijdens de zwangerschap wordt gekozen voor een zwelmiddel of een osmotisch laxeermiddel op basis van lactulose, lactitol, macrogol of sorbitol. Osmotische laxeermiddelen op basis van zouten zijn af te raden omdat ze de natriumbalans verstoren. Lubrifiërende laxeermiddelen (paraffine) kunnen de opname van vetoplosbare vitamines verminderen. Een contactlaxativum kan gedurende een korte periode, maar voorzichtigheid is geboden in het bijzonder in het derde trimester, gezien een verhoogd risico van uitlokken van contracties. Raadpleeg altijd je (huis)arts voor je een laxeermiddel neemt als je zwanger bent.
Lees ook: Constipatie tijdens de zwangerschap
Laxeermiddelen helpen niet vermageren
Veel mensen denken, ten onrechte, dat laxeermiddelen helpen vermageren. Er is geen enkel verband tussen zwaarlijvigheid en verstopping, tenzij in bepaalde gevallen van een slecht voedings- en leefpatroon. Veel "vermageringsproducten" bevatten laxativa. Die doen je wel vocht - en dus tijdelijk ook gewicht - verliezen, maar géén overtollig vet. Het gebruik van dergelijke producten is dan ook zinloos en zelfs gevaarlijk.
Lees ook: Speen: wat zijn aambeien en wat kan je doen?
Bronnen:
http://www.inami.fgov.be
http://www.bcfi.be
https://www.thuisarts.nl
https://www.nhg.org
http://www.mlds.nl
http://www.nhs.uk
http://familydoctor.org