De ingrijpende gevolgen van het uitgestelde slaapfasesyndroom
dossier
Als je eens een avond wat moeilijker in je bed geraakt, is dat geen ramp en kan je de gemiste slaapuren makkelijk inhalen de nacht nadien. Bij het uitgestelde slaapfasesyndroom of delayed sleep phase syndrome (DSPS) is dat gedrag echter moeilijker te corrigeren. Bij dit syndroom is je bioritme namelijk zodanig verstoord dat je slaappatroon minstens twee uur afwijkt van een standaard slaappatroon. Daardoor kan je ook moeilijker opstaan op het gewenste uur, waardoor je een slaaptekort opbouwt en problemen ondervindt in het dagelijks functioneren.
Oorzaken
DSPS kan je enerzijds zelf in de hand werken: als je elke avond steeds later opblijft, zal je
biologische klok ontregeld worden. Daarnaast kan de ontregeling in bioritme te wijten zijn aan ernstige verwondingen aan het hoofd, waardoor het besturingsmechanisme van je biologische klok wordt aangetast. Ook kan er een probleem zijn met de pijnappelklier, waardoor informatie over licht en donker niet meer aankomt. Dat is onder andere het geval bij blinde mensen. Het is overigens ook mogelijk dat je het syndroom overerft van je familie. Bij 40% van de patiënten blijkt het syndroom genetisch bepaald te zijn.
Lees ook: Hoeveel slaap heb je écht nodig?
Symptomen
De symptomen van DSPS lijken heel sterk op die van insomnie of
slapeloosheid. Bij beide aandoeningen zet het slaapgebrek een rem op hoe je functioneert overdag. Dat uit zich door:
• Laat in slaap vallen, maar wel altijd op hetzelfde tijdstip
• Geregeld de behoefte voelen om een dutje te doen overdag
• Overdag ben je vaak moe en heb je concentratiestoornissen
• 's Avonds voel je je fitter dan 's morgens
• Moeite met vroeg opstaan
•
Je kan last hebben van
depressie en faalangst
• In het weekend slaap je nog langer, vaak tot de middag
• Je melatonineproductie komt later op gang, waardoor je pas veel later het gevoel krijgt dat je wil gaan slapen
Lees ook: Slechte slaap en gezondheid: meer aandacht voor preventie nodig
Behandeling
Als je slaapritme heel erg is ontregeld, kan het helpen om melatonine in te nemen. Dat is ons lichaamseigen slaaphormoon dat verkrijgbaar is in pilvorm. Als je melatonine neemt, zal je sneller slaperig worden ’s avonds.
Ook kan je DSPS succesvol behandelen met lichttherapie. Bij deze therapievorm gebruikt men ochtendlicht om het slaappatroon van de patiënt geleidelijk om te vormen tot een normaal slaappatroon. Er bestaan bijvoorbeeld wekkers die daglicht nabootsen en je slaapkamer ophelderen bij het ontwaken.
Ook een goede slaaphygiëne kan nuttig zijn. Dat betekent dat je er een regelmatig slaapschema op na houdt, cafeïne en stimulerende activiteiten rond bedtijd vermijdt, geen tabak en
alcohol gebruikt, en je slaapkamer alleen gebruikt om te slapen. Voldoende
bewegen en sporten kan ook helpen, al kan je zware inspanningen voor het slapengaan het best vermijden.
Bronnen:
Lees ook: Hoe werkt lichttherapie bij een winter- of seizoensdepressie?
Laatst bijgewerkt: september 2021
Artikels over gezondheid in je mailbox? Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontvang een gratis e-book met gezonde ontbijtrecepten.