Chronisch vermoeidheidssyndroom: meer bewegen?

nieuws De beste manier om het chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) te behandelen zou een begeleid programma van fysieke revalidatie zijn, zo blijkt uit een literatuurstudie in The Journal of the American Medical Association. De auteurs analyseerden 44 studies waarin diverse therapieën voor het chronisch vermoeidheidssyndroom worden onderzocht.
Volgens die analyse zijn de meeste studies vrij gebrekkig en laten ze niet toe om definitieve uitspraken te doen over de beste therapie. Volgens de literatuurstudie blijkt gedragstherapie en een goed begeleide oefentherapie de beste resultaten op te leveren. Hierbij moet de patiënt zelf zijn grenzen ontdekken en die beetje bij beetje leren verleggen. Het komt erop aan het juiste evenwicht te vinden tussen inspanning en rust, en grote inspanningen die een opstoot kunnen uitlokken, te vermijden.
Studies met allerlei geneesmiddelen en voedinsgsupplementen leveren uiteenlopende en tegenstrijdige resultaten op.
CVS is een bijzonder complex en fel bediscussieerd syndroom. Noch over de naamgeving, noch over de diagnose, de oorzaken of de behandeling bestaat een consensus. Ondanks deze controverse heeft de Wereldgezondheidsorganisatie het syndroom erkend en ondergebracht bij de neurologische aandoeningen.
Om te spreken van CVS, moet aan één hoofdcriterium en ook nog aan 6 tot 8 nevencriteria voldaan worden.
Het hoofdcriterium is een klinisch vastgestelde, onverklaarbare voortdurende of steeds weerkerende vermoeidheid of uitputting die 6 maanden of langer duurt. De vermoeidheid is op een bepaald (soms aanwijsbaar) moment begonnen en was dus niet levenslang aanwezig. Ze is niet het gevolg van grote inspanningen. Ze verdwijnt of vermindert niet door te rusten. Ze veroorzaakt een ernstige daling van de lichamelijke en geestelijke prestaties, en heeft daardoor een grote weerslag op het professionele, familiale en sociale leven.
Bovendien moeten andere ziektebeelden die chronische vermoeidheid kunnen veroorzaken, worden uitgesloten.
Bij de nevencriteria onderscheiden we objectieve en subjectieve symptomen. Aan meer dan 6 subjectieve + 2 objectieve symptomen, of aan ten minste 8 subjectieve symptomen moet worden voldaan.
Objectieve symptomen:
- temperatuur tussen 37,5 en 38,6 °C;
- atypische keelontsteking (zonder ontstekingsvocht);
- tastbare pijnlijke hals- of okselklieren.
Subjectieve symptomen:
- koude rillingen of lichte koorts;
- keelpijn en pijnlijke hals- of okselkleiren;
- veralgemeende spierzwakte of spierpijn;
- spierslapte die langer dan 24 uur na een inspanning blijft bestaan (en die voordien niet aanwezig was);
- verspringende spierpijnen zonder ontsteking;
- slaapstoornissen;
- klachtencomplex is abrupt ontstaan (binnen een bereik van maximum 2 dagen)
- minstens één neuropsychiatrische klacht.
Wanneer men deze strikte criteria hanteert, zou maar 1 à 2 mensen op 1000 aan CVS lijden, dus zowat één tiende van alle mensen die zich chronisch vermoeid voelen.


Laatst bijgewerkt: januari 2014

Artikels over gezondheid in je mailbox? Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontvang een gratis e-book met gezonde ontbijtrecepten.

eenvoudig terug uit te schrijven
Wij verwerken jouw persoonsgegevens conform het Privacy-beleid van Roularta Media Group NV.
volgopfacebook

volgopinstagram