nieuws
Mannen die in de loop der jaren door hun voedingspatroon steeds minder vitamine D binnenkrijgen hebben op 36-jarige leeftijd al een mindere botdichtheid en daardoor een grotere kans op botontkalking. Dit blijkt uit een publicatie van onderzoekers van de Vrije Universiteit Amsterdam en het Nederlands Instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg (NIVEL) in het wetenschappelijke tijdschrift Bone.
Botontkalking (osteoporose) is wereldwijd een steeds vaker voorkomende aandoening. Een van de kenmerken van botontkalking is een lage botdichtheid. Vitamine D speelt een rol in verschillende mechanismen die samenhangen met botaanmaak en -afbraak. Een tekort aan vitamine D kan daardoor leiden tot een verminderde botdichtheid. Vitamine D zit vooral in vette vis, margarine en in mindere mate in melk. Uit het onderzoek blijkt dat bij mannen die als 13-jarige jongen door hun voeding al minder vitamine D binnenkregen, op 36-jarige leeftijd een mindere botdichtheid in het hele lichaam en in de heupen voorkomt. Bij vrouwen werden geen verschillen vastgesteld.
De onderzoekers vergeleken de inname van vitamine D bij de proefpersonen met de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. Bijna alle deelnemers aan het onderzoek zaten op zo’n twee keer de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. Maar 2% van de mannen en 6% van de vrouwen had een lagere vitamine D-inname dan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid.
 |
 |
