nieuws
Borstvoeding kan het optreden van zwaarlijvigheid op latere leeftijd voorkomen, zo blijkt uit twee Amerikaanse studies die verschenen in het Journal of the American Medical Association.
In de eerste studie van de Harvard Medical School werden meer dan 15.300 kinderen tussen 9 en 14 jaar bekeken. De kinderen die tijdens de eerste 6 levensmaanden borstvoeding kregen bleken tijdens hun tienerjaren minder last te hebben van zwaarlijvigheid dan hun leeftijdsgenoten die flessenvoeding kregen. Op de leeftijd van 14 jaar lag de kans op overgewicht 22% lager. Hoe langer de periode van borstvoeding duurde, hoe groter het effect. Kinderen die gedurende 7 maanden borstvoeding kregen hadden op hun veertien jaar 20% minder kans op overgewicht dan diegenen die slechts gedurende 3 maanden borstvoeding kregen. De verschillen bleven bestaan ook indien men rekening hield met andere risicofactoren voor overgewicht, zoals een te hoge energie-innamen, te weinig lichaamsbeweging, het gewicht van de moeder, enz.
De tweede studie aan de National Institutes of Health bij kinderen tussen 3 en 5 jaar kwam tot minder uitgesproken verschillen. Kinderen die borstvoeding kregen bleken gemiddeld slechts 16% minder kans op overgewicht te hebben dan diegenen die flessenvoeding kregen.
De onderzoekers veronderstellen dat borstvoeding een ander effect heeft op het zich ontwikkelende metabolisme van de baby in vergelijking met flessenvoeding wat een positief effect zou hebben op de vetopslag. Dat effect zou pas op latere leeftijd merkbaar zijn.
Bron: The Journal of the American Medical Association 16 mei 2001
 |
 |
