nieuws U bent gevallen met de fiets, u hebt zich in de vinger gesneden of bent gebeten door een hond… De verzorging van een wond moet op een correcte manier gebeuren, want via een open wond hebben verschillende soorten microben zoals bacteriën, schimmels en virussen onbeperkt toegang tot het organisme. Vooraleer u aan de verzorging begint, stelt u zichzelf het best eerst de vraag of u niet beter een dokter zou raadplegen. Raadpleeg steeds een arts bij ernstige wonden (dit wil zeggen: wanneer een wonde groot of diep is of extra vervuild, wanneer ze hevig bloedt of wanneer een kwetsbare streek geraakt is, zoals het oog, bijtwonden…).
1. Stelp het bloeden
Bij kleine schrammen, snijwondjes of open wondjes stopt het bloeden normaal gezien vanzelf na enkele minuten.
Bij hevig bloedende wonden kunt u gedurende een tiental minuten een kompres of schoon doekje tegen de wond drukken om het bloeden te stelpen. Als de wond dan nog blijft bloeden, gaat u beter naar de dokter.
2. Maak de wond schoon
Het reinigen is het belangrijkste onderdeel van de wondverzorging.
Reinig de wond met water en zeep. Dit kan gewoon aan de wastafel met een zuiver washandje en liefst vloeibare zeep. Ook een wonde die op het eerste zicht niet echt bevuild is, moet u reinigen. Verwijder alle loszittende deeltjes in de wonde (gruis, splinters…). Krijgt u de wonde niet volledig zuiver en blijven er nog restdeeltjes achter, raadpleeg dan een arts.
Brandwonden moet u altijd koelen door gedurende minstens 20 minuten koud (niet ijskoud) water over de wonde te laten stromen
Na de reiniging wordt de wond gedroogd met een deppende beweging door middel van een schone, niet pluizende handdoek, een kompres of huishoudpapier. Blazen op de wond is uit den boze: op deze wijze voert u mogelijk ziektekiemen aan.
3. Ontsmet de wond
Alhoewel er enige discussie bestaat over de noodzaak om een wond te ontsmetten met een antisepticum, wordt het meestal toch aangeraden. Gebruik een antisepticum op basis van water, bij voorkeur in eenheidsdosissen en met één enkele werkzame stof, hetzij chloorhexidine, hetzij povidonjood.
4. Breng een pleister of verband aan
Vroeger werd aangeraden de wond bloot te laten opdat ze zou kunnen uitdrogen. Vandaag raadt men aan om de wond te bedekken met een pleister of verband, zodat ze vochtig blijft en er geen korst wordt gevormd. Dat blijkt namelijk de beste manier om te genezen. De korst beschermt de huid tegen infecties, maar het vertraagt ook de genezing van de wond en geeft een grotere kans op littekens.
Ook bij lichte letsels is het wellicht veiliger om een pleister of verband aan te brengen, al was het maar om de wond zuiver te houden.
Er bestaan tegenwoordig verschillende types van wondverbanden.
• Oppervlakkige schaafwond: dek af met een PU-film.
• Diepere schaafwond: leg een neutraal vetverband op de wond en dek af met een steriel kompres en een afdekkend verband.
• Ondiepe snijwond: kan worden afgedekt met een wondpleister.
• Lichtjes bloedende snijwond: als de wonde wat nabloedt, brengt u best een drukkend verbandje aan.
5. Ververs regelmatig de pleister of het verband
Vervang de pleister of het verband telkens als het nat geworden is en anders dagelijks of zeker om de twee dagen. Net als alle andere producten voor zelfverzorging bewaart u verbanden het best op een droge en donkere plaats.
 |
 |
