Vier opeenvolgende succesvolle transplantaties van de dunne darm in UZ Leuven

nieuws Sinds 2000 werden in UZ Leuven vier patiënten met succes geholpen dankzij een dunne darmtransplantatie. De resultaten werden door een internationale jury van transplantspecialisten geselecteerd om voorgesteld te worden tijdens het gemeenschappelijk wereld- en Amerikaans transplantcongres in Boston in juli 2006.

Transplantatie van de dunne darm is een van de minst frequente en moeilijkst uit te voeren orgaantransplantaties. De dunne darm kan namelijk een zeer ernstige afstotingsreactie veroorzaken, die fatale gevolgen kan hebben en die meer uitgesproken is dan de rejectie na andere orgaantransplantaties. De dunne darm bezit ook een eigen immuunsysteem dat zich bij transplantatie tegen de ontvanger kan keren.

Een darmtransplantatie is alleen aangewezen bij die patiënten waarbij de dunne darm door verworven of aangeboren ziekten volledig afwezig is of niet functioneert. Deze patiënten zijn volledig aangewezen op continue voeding via een speciale verblijfkatheter in een van de veneuze bloedvaten.

Bij drie patiënten in UZ Leuven werd een dunne darmtransplantatie gecombineerd met een lever- en pancreastransplantatie. Bij een vierde patiënt werd alleen de dunne darm getransplanteerd.

Niet alleen zijn deze patiënten nog altijd in leven, bijna zes, vijf en twee jaar na hun transplantatie, geen enkele patiënt heeft tot op heden enige tekens van afstoting vertoond.

Een nieuw protocol, op punt gesteld door onderzoekers in UZ Leuven, ligt aan de basis van de tolerantie. Het protocol promoot de generatie van zogenaamde ‘regulatory cellen’ na transplantatie. ‘Regulatory cellen’ zijn cellen die de actie van toxische effectorcellen (cellen die normaal het transplantaat vernietigen) blokkeren. Het onderzoek werd gesteund door een onderzoekstoelage van de K.U.Leuven, het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek en de Centrale Afdeling voor Fractionering (CAF), België.

Alle volwassen patiënten leiden nu een normaal leven, met een normaal voedings- en stoelgangpatroon. De jongste patiënt stelt het nu goed, maar heeft nog een langdurige revalidatie voor de boeg.